Examples of using "Réveiller " in a sentence and their dutch translations:
Ga Mary wakker maken.
We moeten wakker worden.
Wakker worden is het tegenovergestelde van inslapen.
Ze was bang de baby wakker te maken.
Ik kan Tom maar beter wakker maken.
Ik ben net wakker.
Maak geen slapende kat wakker.
Tom wilde niet te vroeg opstaan.
Je moet geen slapende honden wakker maken.
Hij heeft moeite op tijd wakker te worden.
Maak een slapende leeuw niet wakker!
De beste manier om je dromen waar te maken, is wakker te worden.
Ik heb mijn moeder gevraagd, mij om vier uur te wekken.
De beste manier om je dromen waar te maken, is wakker te worden.
Kan iemand me alstublieft om half drie wakker maken?
Ik vroeg mijn moeder mij wakker te maken om vier uur.
Wij praatten zachtjes zodat de baby niet wakker zou worden.
Kan iemand me alstublieft om half drie wakker maken?
Ik vind het moeilijk om vroeg op te staan op een koude morgen.
Waarom sta je op voor dat je wakker wordt?