Translation of "うれしい！" in Dutch

すごくうれしいです。

Ik ben erg gelukkig.

僕はとてもうれしい。

- ik ben zo blij.
- Ik ben zo gelukkig.

- ここであなたに会えてうれしい。
- ここで会えるとは、うれしいねえ。

Ik ben blij je hier te zien.

私は君に会えてうれしい。

Ik ben blij je te zien.

- 君の成功の知らせを聞いてうれしい。
- 君が成功したと聞いてうれしい。

Ik ben blij over je succes te horen.

お会い出来てうれしいです。

Ik ben blij u te ontmoeten.

あなたに再会できてうれしい。

Ik ben blij je weer te zien.

君のチームが試合に勝ってうれしい。

Ik ben blij dat jouw team de wedstrijd heeft gewonnen.

- 会えて嬉しいよ。
- あなたに会えてうれしい。
- あなたにお目にかかれてうれしいです。

Ik ben blij u te zien.

- 君に会えてうれしい。
- お目にかかれてとてもうれしいです。
- お会いできてとてもうれしい。
- あなたにお目にかかれて私は大変嬉しい。

Ik ben heel blij je te zien.

- 私はまた君に会えてうれしい。
- 私はあなたにまた会えてうれしい。
- またお目にかかれてうれしいです。
- またお会いできて嬉しいです。

Ik ben blij je weer te zien.

君の成功の知らせを聞いてうれしい。

Ik ben blij over je succes te horen.

花はいつもらってもうれしいものだ。

Bloemen zijn altijd welkom.

こりゃすごい。素敵なプレゼントね！うれしいな！

Kijk eens aan. Wat een geweldige cadeautjes! Wat ben ik blij!

あなたのお手伝いができてうれしい。

Wij helpen u graag.

- 私はまた君に会えてうれしい。
- 私はあなたにまた会えてうれしい。
- あなたに再び会えて嬉しい。

- Ik ben blij je weer te zien.
- Ik ben blij om je weer te zien.

学校が終わってとてもうれしいのです。

- Ik ben heel tevreden dat de school gedaan is.
- Ik ben erg blij dat school is afgelopen.

お目にかかれて、たいへんうれしいです。

- Aangenaam kennis te maken.
- Ik ben blij u te leren kennen.

私たちはあなたにまたあえてうれしいです。

- We zijn blij om je weer te zien.
- We zijn blij om u weer te zien.
- We zijn blij om jullie weer te zien.

- 私は君に会えてうれしい。
- 私はあなたに会えて嬉しいです。
- 会えて嬉しいよ。
- あなたにお目にかかれてうれしいです。

Ik ben blij je te zien.

- 私はまた君に会えてうれしい。
- 私はあなたにまた会えてうれしい。
- あなたに再び会えて嬉しい。
- またお会いできて嬉しいです。

- Ik ben blij je weer te zien.
- Het verheugt me je terug te zien.
- Ik ben blij om je weer te zien.
- Het doet me plezier je weer te zien.
- Ik ben blij je weer te ontmoeten.

- 僕はとてもうれしい。
- 私はとても幸福です。
- わたしはとても楽しい。
- 私はとっても嬉しいです。
- すごくうれしいです。
- めっちゃ幸せ。

Ik ben erg gelukkig.

- 私はあなたにまた会えてうれしい。
- また会えて嬉しいわ。

Ik ben blij je weer te zien.

あなたがあの計画に同意してくれて、私はとてもうれしい。

Ik ben zeer blij dat je dat plan aanvaard hebt.

- 私は幸福です。
- 私は幸せだ。
- うれしい！
- 私は幸せです。
- 幸せです。

- Ik ben gelukkig.
- Ik ben blij.

- お力添えできてうれしいです。
- お役に立ててよかったです。

Ik ben blij dat ik kon helpen.

- 来てくださればとてもうれしい。
- 来ていただけると幸いです。

Ik zou blij zijn als je kwam.

- お会いできて本当にうれしい！
- お会いできてとても嬉しいです。

Ik ben heel blij je te zien.

- 良かったですね。
- それを聞いてうれしいよ。
- それは良かったですね。

Dat hoor ik graag.

- あなたに会えて大変うれしい。
- あなたにお目にかかって大変うれしく存じます。

- Ik ben heel blij u te zien.
- Ik ben heel blij je te zien.

- 私はあなたにまた会えてうれしい。
- あなたに再び会えて嬉しい。
- またお会いできて嬉しいです。

- Ik ben blij u weer te zien.
- Ik ben blij je weer te zien.
- Ik ben blij jullie weer te zien.
- Het verheugt me je terug te zien.
- Het doet me plezier je weer te zien.

- どうぞよろしく。
- お会いできて本当にうれしい！
- お会いできて嬉しいです。
- 初めまして。
- はじめまして。

- Aangenaam kennis te maken.
- Aangenaam.