Examples of using "した。" in a sentence and their dutch translations:
Ik was net gehuwd.
die daarvoor nodig was.
Iemand gewond?
Ik heb het beloofd.
Was het volle maan of nieuwe maan?
- Ik heb bloed opgehoest.
- Ik hoestte bloed op.
- Hoe was het?
- Hoe is het gegaan?
wie hij nog nooit had gediend.
zelf had bedacht.
dienst in de elite Gardes Françaises toen de Franse Revolutie uitbrak.
Ik voel mij opgelucht.
Hier zijn we dan.
- Hij haalde diep adem.
- Hij heeft diep ingeademd.
- Hij ademde diep in.
Wat wil je doen?
Ik heb twee hamburgers besteld.
Ze kreeg promotie.
Wil je nou met me praten of niet?
- Hoe laat ben je thuisgekomen?
- Hoe laat ben je thuisgeraakt?
- Hoe laat kwam u thuis?
- Hoe laat kwam je thuis?
Het was een muis.
Ben je gewond?
Ik vertrok.
- Wat is er aan de hand?
- Wat is er?
- Wat is er mis?
Betty heeft hem gedood.
Ik wil in het buitenland studeren.
Heeft u het pakje gekregen dat ik u gezonden heb?
Hij was niet aanwezig op de bijeenkomst.
Hij was ook een van de weinigen die bloeide met de verantwoordelijkheid van onafhankelijk bevel.
- Wat is er aan de hand?
- Wat is er?
We zijn aangekomen.
Iemand heeft mijn paspoort gestolen.
Hij draaide de sleutel om.
Heb je hem gebeld?
Ik ben mijn camera kwijt.
Hij deed wat hij beloofd heeft voor mij.
Ik wil je zoenen.
Wil je erover praten of niet?
Gisteren was ik ziek.
Het was zeer populair.
Dat was het niet.
aan anderen over.
niet wist hoe hij als een soldaat moest sterven'.
Het was afgelopen week.
Ik ben net door een mug gestoken.
- Ik heb mijn beslissing genomen.
- Ik heb een beslissing getroffen.
Ik ben het vergeten.
Tom sprong.
- Ik herinner me dat.
- Ik weet het nog.
Tom knipoogde.
- Je bent laat.
- U bent laat.
- Jullie zijn laat.
Wat?
Ik ging wandelen.
Tom sprak.
Wat wil je doen?
Tom annuleerde.
Tom ontspande zich.
Ik heb gegeten.
- Ik heb betaald.
- Ik betaalde.
Ik heb me ontspannen.
en die zeiden dat ze ook mee wilden doen.
vaak tijdens sporten zoals voetbal.
Bij de helft van de centra observeerden we alleen,
van het verslagen Pruisische leger dat daarop volgde.
De trein was ontspoord.
Betty vermoordde haar.
Ze heeft een misdaad begaan.
Wat heb je vanochtend gedaan?
Ik kom uit Singapore.
- Tom deed het licht uit.
- Tom heeft het licht uitgedaan.
- Ze bedreigde hem.
- Ze heeft hem bedreigd.
Hoe was uw reis?
- Wat hebt ge gezegd dat ge haar op haar verjaardag gegeven hadt?
- Wat zei je dat je haar voor haar verjaardag cadeau had gegeven?
We hebben drie oorlogen gezien.
Ik heb een fout gemaakt.
Ik wilde het hele probleem begrijpen.
Hoe gaan we starheid ontmantelen
- Het bedrijf ging failliet.
- Het bedrijf is failliet gegaan.
Ik heb een liefdesbrief geschreven gisteravond.
Ik liet het touw los.
Ik ben om zeven uur opgestaan.