Examples of using "ستعود" in a sentence and their dutch translations:
- Wanneer komt ge terug?
- Wanneer ben je terug?
Kom je morgen terug?
Wanneer komt ze terug thuis?
Ze is binnen een week terug.
Ik weet zeker dat ze snel terugkomt.
"Wanneer kom je terug?" "Dat hangt helemaal van het weer af."
- Wanneer kom je thuis?
- Wanneer kom je naar huis?