Examples of using "Kiinnostaa" in a sentence and their dutch translations:
- Wat maakt het uit?
- Wie kan het wat schelen?
- Wie maalt erom?
- Wie geeft erom?
Tom is geïnteresseerd in bergsport.
Tom is geïnteresseerd in wiskunde.
- Het kan me geen barst schelen.
- Dat zal me een worst zijn.
- Het maakt me helemaal niks uit.
Dit zou u kunnen interesseren.
Dat is interessant voor sommigen,
Tom is geïnteresseerd.
- Ik dacht dat je hierin wel geïnteresseerd zou zijn.
- Ik dacht dat je je hiervoor wel zou interesseren.
- Ik dacht dat je hiervoor wel belangstelling zou hebben.
Hij is geïnteresseerd in wiskunde.
Wat is er zo interessant aan honkbal?