Examples of using "Cuisinier" in a sentence and their dutch translations:
- Ik ben een kok.
- Ik ben een chef.
Je bent een goede kok.
Hij is een goede kok.
Tom is een goede kok.
Ik ben een goede kok.
Hij klaagde bij de chef.
Mijn man is een heel goede kok.
Kenji besloot kok te worden.
Haar man is een uitstekend kok.
Tom is een erg goede kok.
De kok zit in de keuken.
Tom kan goed koken.
Hij kan goed koken.
Ze zei "dank u wel voor de maaltijd" tegen de kok.