Examples of using "Pouvait" in a sentence and their dutch translations:
Het hotel was in zicht.
Zij kon het niet langer verdragen.
Het kon iedereen zijn.
Zij kon zich niet langer beheersen.
Tom kon hem niet helpen.
Hoe kon ze zoveel eten?
De brandweerman kon het vuur niet blussen.
Je kon er niets aan doen.
En je zag het hier.
het kon niet waar zijn.
- Hij zei dat hij het kon doen.
- Hij zei dat hij het zou kunnen doen.
- Het kon iedereen zijn.
- Het kan iedereen zijn.
- Het kan eender wie zijn.
Tom kon niet stoppen met lachen.
Hij kon zijn eigen ogen niet geloven.
De gewonde soldaat kon amper lopen.
Hij kon de zin niet begrijpen.
Hij kon nergens een toevlucht zoeken.
De deur kon niet dicht.
Bob kon zijn woede niet beheersen.
Hij kon haar verhaal niet geloven.
Tom zou niet nog gelukkiger kunnen zijn.
Als we cannabis leren zien
Hij kon ongeremd tekeergaan en zijn omgeving domineren,
tactische leider maakte, hem ook in de problemen kon brengen.
Mijn geest kon dat niet aan.
Men kon de berg Fuji in de verte zien.
Hij kon zijn oren niet geloven.
Ik wist dat ik je kon vertrouwen.
Hij kon zijn eigen ogen niet geloven.
Er kan van alles gebeuren.
Ze kon haar angst voor de duisternis niet overwinnen.
Hij kon zich mijn adres niet herinneren.
Weet jij waarom ze niet kon komen?
Hihi! Het meisje kon zich niet inhouden!
De man die gevallen was, kon niet opstaan.
Geen enkele student kon de vraag beantwoorden.
Hij kon altijd zeggen in welke richting de wind blies.
Ze kon haar dochter er niet van weerhouden om uit te gaan.
Hij kon niet komen, omdat hij ziek was.
Hij dacht dat hij de berg kon beklimmen.
Zoals algemeen verwacht, wonnen de Russen.
Ik wou dat we konden horen wat Tom zegt.
Ik was vergeten hoe onuitstaanbaar hij kon zijn.
Tom zei tegen Maria dat hij de toekomst kon voorspellen.
De bediende kon niet zelf de klacht behandelen.
Niemand van zijn studenten kon het vraagstuk oplossen.
Het is waar dat hij de waarheid niet kon weten.
Je kon geen ster aan de hemel zien.
Daarna kon hij nooit meer zijn vrouw aankijken.
Tom heeft geen werk kunnen vinden.
Ik vroeg me af of iemand iets onder water kon volgen.
Hij kon niet slapen vanwege de warmte.
Iedereen wist dat ze goed Engels kon.
Ik vroeg hem waar ik de auto kon parkeren.
We konden de zonsondergang door het raam zien.
Een jonge man vroeg ons of hij zou kunnen slagen als een openbare spreker.
En als jonge man kon hij niet zeggen hoe oud hij zou worden.
Het begon klaar te worden en stilaan kon men iets beginnen te zien.
Niemand kon zeker weten wat er dan zou gebeuren.
Zij was zo bang dat ze geen woord kon uitbrengen.
Tom vroeg Maria of zij voor hem een sandwich kon maken.
De kamer was zo donker dat we helemaal niets konden zien.
Deze nacht was het volle maan; Tom kon niet slapen.
Tom zei dat hij niet voor Marie borg kon staan.
Sinds hij gewond is geraakt in een ongeval, kan hij niet meer lopen.
Tom vroeg zijn baas of hij eerder naar huis mocht.
Toen Tom begonnen was met trainen, lukte het hem niet eens om een push-up doen.
En als ze haar tests en behandeling ook thuis kon krijgen,
merkte op dat hij andere Marshals kon bedenken die beter gekwalificeerd waren. Maar hij gaf wel zijn
Bij toeval verscheen hij toen zij niet kon beslissen welke weg te volgen.