Translation of "Ästen" in Dutch

Wir legen alles mit diesen Ästen aus.

We bekleden dit met de sparrentakken.

Es ist erstaunlich, was man alles aus ein paar Ästen und etwas Schnur herstellen kann.

...en het zal je verbazen wat je kunt met een paar takjes en wat parachutekoord.

Es ist erstaunlich, was man alles aus ein paar Ästen und etwas Fallschirmschnur herstellen kann.

...en het zal je verbazen wat je kunt met een paar takjes en wat parachutekoord.

Der Obstgarten mit seinen großen, breiten Ästen, die sich früchteschwer zum Boden neigten, bereitete den Mädchen eine solche Freude, dass sie fast den ganzen Nachmittag dort verbrachten; sie saßen in einer grasbewachsenen Ecke, wo der Frost das Grün verschont hatte und der sanfte herbstliche Sonnenschein warm verweilte, aßen Äpfel und redeten, soviel sie konnten.

De boomgaard, wiens prachtige vegende takken met fruit naar de grond hingen, bleek zo heerlijk dat de kleine meiden er de hele middag in doorbrachten. Ze zaten in een grasveldje waar het groen de vorst bespaard was gebleven en de zachte, warme najaarszon aanhoudend scheen en aten appels en praatten zo luid als ze konden.