Examples of using "Szót" in a sentence and their dutch translations:
- Hij veranderde een paar woorden.
- Hij heeft een paar woorden veranderd.
- Hij zei geen woord.
- Hij heeft geen woord gezegd.
Hoeveel Engelse woorden kent u?
Hoeveel Engelse woorden kent u?
U heeft tweeduizend Engelse woorden uit het hoofd geleerd.
Vertaal het woord.
Hoeveel Engelse woorden kent u?
Dit woord is met hoofdletters geschreven.
Heb je ooit dit woord gehoord?
Ik weet niet hoe ik het woord moet spellen.
Dus ik veranderde van onderwerp.
- Hij zei geen woord.
- Hij zei niets.
Ik weet niet wat het woord 'onmogelijk' betekent.
Ik begrijp dit woord niet.
Kies het juiste woord!
Ik kan dat woord niet begrijpen.
Vandaag heb ik een nieuw woord geleerd.
Hij praat net zo makkelijk met een huisvrouw...
Daar geloof ik geen woord van.
Zoek het woord op in het woordenboek.
Kinderen moeten hun ouders gehoorzamen.
Tom spreekt geen woord Frans.
Het is de eerste keer dat ik van dit woord heb gehoord.
Hoe spreek je dit woord uit?
Hoe spreek je dat uit?
- Weet jij hoe je dit woord moet uitspreken?
- Weet u hoe dit woord uitgesproken dient te worden?
Kan iemand dit woord uitspreken?
Ik moet naar Tom luisteren.
Ik verstond niet één woord, omdat ze Chinees spraken.
Hij kent tien keer meer Engelse woorden dan ik.
Zoek dat woord op in het woordenboek.
Mijn vader zei geen woord tijdens het avondeten.
Ik versta geen woord van wat Tom zegt.
Ik denk dat dit woord niet meer gebruikt wordt.
Vanaf nu gebruik ik dat woord niet meer.
Een CEO-miljonair kan onmogelijk spreken voor de man in de straat.
Ik ken enkele woorden Frans, net genoeg om verstaanbaar te zijn.
Ik had het woord "wachtwoord" niet als mijn wachtwoord moeten gebruiken.
Het jonge meisje verliet het huis zonder ook maar iets te zeggen.
Ik begrijp dat losstaande woord niet. Kan je me de context geven?
Ik geloof geen woord van wat Tom zegt.
Ik heb al zo lang gezwegen.