Translation of "Dormi" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Dormi" in a sentence and their dutch translations:

- Eu dormi bem.
- Dormi bem.

Ik heb goed geslapen.

Dormi demais.

Ik heb veel geslapen.

Eu dormi muito.

Ik heb veel geslapen.

Não dormi bem.

Ik heb niet goed geslapen.

Eu dormi demais.

- Ik heb me verslapen.
- Ik heb te veel geslapen.

- Dormi bem esta noite.
- Eu dormi bem essa noite.

Ik heb vannacht goed geslapen.

Dormi bem esta noite.

- Ik heb goed geslapen vannacht.
- Ik heb vannacht goed geslapen.

Dormi a tarde toda.

Ik heb de hele namiddag geslapen.

Ontem dormi às dez.

Gisteren ging ik om 10 uur naar bed.

Eu não dormi muito.

Ik heb niet zo veel geslapen.

- Eu dormi na frente da televisão.
- Dormi na frente da televisão.

Ik sliep voor de tv.

Eu dormi com meu chefe.

Ik heb met mijn baas geslapen.

Eu dormi o dia todo.

- Ik heb de hele dag geslapen.
- Ik sliep de hele dag.

Eu dormi o dia todo ontem.

Ik heb gisteren de hele dag geslapen.

Eu não dormi nada naquela noite.

Ik heb die nacht helemaal niet geslapen.

Eu dormi por apenas três horas.

Ik heb maar drie uur geslapen.

Eu dormi às dez horas da noite.

Ik sliep om tien uur 's avonds.

Dormi até tarde e perdi o primeiro comboio.

Ik heb me verslapen en miste de eerste trein.

Dormi apenas duas horas. Sem dúvida que estou sonolento.

Ik heb maar twee uur geslapen. Het is niet te verworderen dat ik slaperig ben.

- Eu dormi um pouco durante o intervalo para almoço porque eu estava muito cansado.
- Eu dormi um pouco durante o intervalo para almoço porque eu estava muito cansada.

Ik heb tijdens de lunchpauze een tukje gedaan omdat ik erg moe was.

Eu dormi um pouco durante o intervalo para almoço porque eu estava muito cansado.

Ik heb tijdens de lunchpauze een tukje gedaan omdat ik erg moe was.