Examples of using "Quebrei" in a sentence and their dutch translations:
Ik heb mijn been gebroken.
Ik heb mijn arm gebroken.
Ik brak een nagel.
Ik heb een arm gebroken.
Ik heb mijn bril kapotgemaakt.
Ik heb mijn been met skiën gebroken.
Ik heb een glas gebroken.
Ik denk dat ik mijn arm gebroken heb.
Ik denk dat ik mijn arm heb gebroken.
Ik viel en brak mijn arm.
Ik denk dat ik mijn been heb gebroken.
Ik liet een gitaarsnaar knappen.
Het was gisteren dat ik per ongeluk het raam brak.
Het was gisteren dat ik per ongeluk het raam brak.
Ik heb vandaag met de hamer een stuk van het plaveisel gebroken.