1. Home
  2. Translation in context
  3. Spanish-Dutch
  4. Apurarte

Translation of "Apurarte" in Dutch

0.002 sec.

Examples of using "Apurarte" in a sentence and their dutch translations:

No necesitas apurarte.

Je hoeft je niet te haasten.

- Tienes que darte prisa.
- Debes apurarte.

Je moet je haasten.

- Tienes que darte prisa.
- Debes apurarte.
- Tienen que darse prisa.

- Je moet je haasten.
- Je moet opschieten.
- U moet opschieten.
- Jullie moeten opschieten.
- Jullie moet je haasten.